Dorpsfeest was stads genoeg

Afgelopen vrijdag stond Gigant in het teken van het jaarlijkse stadsfeest. Voor de gelegenheid omgedoopt tot dorpsfeest. Het was druk, veel drukker dan vorig jaar. Eerst maar eens goed naar de bezoekers gekeken. We zagen toch vooral veel stadsmensen, met stadse kleding – huisfotograaf Peter Vroon voorop- stadse hoeden, stadse schoenen en stadse brillen en stadse stola’s. Niks dorps aan. Maar eens met ze praten dan, een dorpeling herken je immers wel aan zijn manier van praten. De eerste drie antwoorden werden gegeven in het meest keurige ABA (algemeen beschaafd Apeldoorns) dat je kunt indenken. Dat gold ook de vierde en de vijfde. Alweer niks dorps aan.

Dan maar een drankje halen. Hé, twee stands met het heerlijkste stadsbier. U zei? Stadsbier! Geen dorpsbier dus? Grolsch meneer, dat is dorpsbier, maar Schavuijt, nee dat komt echt uit de stad, onze stad. In de theaterzaal wachtte het college van B&W een aantal vragen van Coen Seur, een van onze stadsinterviewers, hoewel boze tongen beweren dat hij weleens in een dorp is geweest. Burgemeester John Berends, hij woont overigens wel in een dorp en was daarom de eerste echte dorpeling de ik tegenkwam, wist prima uit te leggen welke kant het wat hem betreft met de stad heen moet. Guido de Vries die tijdens de afwezigheid van Martijn van Duivenboden Gigant leidde droeg symbolisch de sleutel weer over aan Martijn. Laatst genoemde pleitte voor meer en verdergaande samenwerking. De aanwezige wethouders vertelden aan de hand van een zelf meegebracht item een gedicht over de stad. De voorstelling werd besloten met een ode aan de stad Apeldoorn gezongen door Coen Seur en Gert de Graaf.

Het was gezellig, met in de popzaal Blaas of of Glory en een massa swingende stadse mensen. Waarmee maar weer eens gezegd is dat er niks dorps aan Apeldoorn is. Zullen we daar nu dan maar eens mee ophouden? Dat kan ik met een gerust hart een biertje gaan drinken. In de stad. (foto’s Peter Vroon)