Ratzke te goed voor stad van de middelmaat

Zondag 11 november 2018

Door David Levie

G. de Vries

Als hij aan het eind van een enerverende avond op zijn knieën zakt en de vloer van het podium kust om zo ’Apeldoorn’ eer te bewijzen,  dan pas is er in zijn show sprake van echte overdrijving.  De stad die hem, Sven Ratzke, wat publieke belangstelling betreft links laat liggen verdient dat niet. Plaatsvervangende schaamte maakt zich van je meester. Die Ratzke is veel te goed voor een uit zijn krachten gegroeid dorp stad waarin Koning Middelmaat de scepter zwaait.

Nee, geen recensie vandaag. Mijn lof op deze zalige zotheid  heb ik in een recent verleden al eens op de lezer losgelaten.  Ratzke is een grootheid die zijn eigen wereld schept en lak heeft aan alles wat ook maar enigszins naar conformisme neigt. Een showman die zijn diamanten delft in de mijnen van de mythologie, theaterhistorie en liedtraditie, die de stenen persoonlijk slijpt en in een collier plaatst dat net zo fonkelt als zijn surreële vertelsels. Hij zingt, danst, bespeelt , schmiert en grijnst waar men hem dat vraagt te doen. Met het grootst mogelijke respect voor het publiek dat op hem afkomt. In Amsterdam,  Berlijn, New York en ja hoor, ook in het zeer behoudende (een eufemisme voor oerconservatieve)  Apeldoorn.  Ratzke werkt zich in het zweet en geeft zich helemaal.  Je moet hem zien om het te kunnen geloven.

Petje af voor Orpheus dat speciaal voor hem niet alleen de schouwburg openhield, maar ook de zaal inkortte en verhoogde om zo nog een beetje de sfeer van intimiteit te waarborgen. Lege stoelen en Sven Ratzke horen niet bij elkaar.

Stoelen die in het Apeldoornse theater wel bezet zijn als de zoveelste coverband het imiteren tot een kunst heeft verheven of een artiest zijn grollen op de zaal afvuurt. Een stad van volgers die blindelings vertrouwen op wat de Van Nieuwkerken en zijn collega’s hen via de treurbuis toebedeelt   Elitair geneuzel? Welnee. Ik ken de mensen bij naam met hun maniertjes en hun zelfbenoemde  fijne smaak. Die hun neus ophalen voor de stad en zo hun eigen nest bevuilen waar ze hun dik belegde boterham verdienen.  Die gaan enkel en alleen naar Amsterdam, want zo zeggen ze: daar gebeurt het. Als hier echt iets spraakmakends gebeurt zie je ze niet. Net zo min als de vaandeldragers en smaakbepalers van de lokale cultuur.

Nieuw leven

De hier welig tierende hokjesmentaliteit heeft geen vat op ongrijpbare geesten als Sven Ratzke.  Die delft, polijst, raast en wervelt door.  Een man die nieuwe en oude theaterliederen van soms bijna een eeuw levend houdt en ze een nieuw leven biedt. Met dank ook aan de muzikanten  die hem omringen en de couturier die kostuums voor hem maakt. Betoverende lappen stof  die hem op het toneel met een paar handgebaren van een vrouw in een man doen veranderen. Een Homme Fatale, een grammaticale dwaling, maar theatraal briljant.  Andere koek dan tot in de perfectie nabootsen en al weer een musical. Niks mis mee, laat dat duidelijk zijn. Maar gelukkig is er meer onder de zon.

Ratzke werpt zich straks weer op David Bowie, zo liet hij gisteravond in Orpheus weten. Voortborduren op eigen succes? Ik denk het niet. Daarvoor is hij veel te creatief en te eerzuchtig. Ratzke ontleedt zijn liederen en bouwt ze vanaf het bot weer op. Hij overgiet zijn songs en Lieder  met een duivelse saus van tweeslachtigheid én hallucinerende ingrediënten die hem door Mephisto zijn ingefluisterd.  Waar hij alleen het wereldse patent op heeft.

Sven Ratzke in Homme Fatale. Rabobankzaal Orpheus, zaterdag 10 november.

Meer lezen over cultuur

ONDERWERPEN

Theater

REACTIES

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!