In beeld: Eric Veldhuis. Hoe een Apeldoorner het gezicht van de Vaassense molen werd

Zaterdag 13 oktober 2018

Door Stéphanie Berris

Na 30 jaar werkzaam te zijn geweest in de grafische sector, besloot Apeldoorner Eric Veldhuis 5 jaar geleden het roer om te gooien en is nu al jaren het gezicht van Koffie- en Theehuys De Korenmolen in Vaassen. Apeldoorn Direct sprak Eric in ‘zijn’ molen over dit besluit, zijn ervaringen en zijn toekomstplannen.

Geboren: 04-01-1966 te Apeldoorn.
Ouders: Henk en Geesje Veldhuis
Broers/zussen: 4 zusters en 1 broer
Relatie met: Marie-José Doornik
Kinderen: Samen hebben we 4 mooie dochters
Opleiding:  Mavo, grafische MTS, en Nima-A
Is trots op: Dat we daar zijn waar we nu zijn.
Raakt geïnspireerd door: Als de zon schijnt en je het gevoel hebt dat je de hele wereld aankunt.
Is gek op: Gezellig en gezamenlijk eten en drinken met familie en vrienden.
Welk boek ligt op je nachtkastje? Ik ben dol op lezen, maar dat doe ik eigenlijk tegenwoordig alleen in de vakanties. Op dit moment ligt op mijn nachtkastje “Kruistocht in Spijkerbroek”: jeugdsentiment, gekocht tijdens Vaasaqua (grote boekenmarkt in Vaassen)
Koffie of thee? Koffie. ’s Morgens vroeg de geur van gebrande koffiebonen en vers gezette koffie is altijd een fijn begin van de dag.
Levensmotto? Een bekende quote: Als je doet wat je deed, dan krijg je wat je kreeg. Op die manier probeer ik mijn zaak en leven wel inhoud te geven: veranderen binnen het kader van de mogelijkheden. 

„Er was sprake van de zoveelste recessie in de grafische markt. Ik had als accountmanager binnendienst al wel vaker reorganisaties meegemaakt, hoor. Toen ik halverwege de 30 was maakte ik me er niet zo druk om. Maar nu was ik 47 en realiseerde ik me dat ik mijn pensioen hier niet ging halen. Ik zocht naar een mogelijkheid om iets anders te gaan doen, en besloot bij een nieuwe reorganisatieronde de sprong te wagen en te vertrekken.”
 Naast mijn fultime baan startte ik op de zaterdagmarkt met koffie en thee 

Maar dan…van drukwerk naar koffie en thee. Hoe is dat idee ontstaan?

„Ach, je kent dat wel. Tijdens lunchwandelingen brainstorm je met collega’s over het ‘gat in de markt’. Zo kwam op een dag de verkoop van koffie en thee op de markt ter sprake. Ik besloot het erop te wagen: naast mijn fulltime baan begon ik op de Apeldoornse zaterdagmarkt met Veldhuis Koffie & Thee. Ik wilde het anders doen dan reguliere kramen, het geheel sfeervol aankleden. Dezelfde sfeer als nu in de molen, eigenlijk. Ik heb dat 15 maanden lang elke zaterdag gedaan: een voorzichtig begin van mijn ondernemerschap.”

En hoe kwam je van daaruit bij de Vaassense molen terecht?

„Ik had als marktkoopman al snel wel een toekomstdroom om, ooit,  een koffie- en theehuis te gaan runnen. Het moest een unieke locatie zijn, dat wist ik, maar ik zag het meer als iets in de verre toekomst. Maar na een tip van mijn toenmalige buurman Martien van Reen, dat er een huurder werd gezocht voor de Vaassense molen, heb ik de stoute schoenen aangetrokken en een mailtje gestuurd. Mijn plan paste bij hun visie, we werden het eens en in april 2014 openden we de deuren van Koffie- en Theehuys De Korenmolen.”

Hoe stond je gezin tegenover dit avontuur?

„Achteraf gezien hebben we als gezin destijds niet echt kunnen inschatten wat voor impact het zou hebben. En misschien is dat maar goed ook, anders zou je nooit zoiets durven beginnen. Maar mijn vrouw en dochters waren heel enthousiast en stonden achter mijn keuze. En nog steeds. Mijn oudste dochter Dominique (20) werkt mee op zaterdag en in vakanties. De jongste van 14 ziet dat nog niet zitten… jammer want ze heeft weleens geholpen en doet het leuk!”

Het is maar goed dat je van tevoren niet goed kunt inschatten hoeveel impact het heeft, anders zou je er misschien nooit aan durven beginnen. Toch heb ik geen dag spijt.

Dan ben je ineens startend horeca-ondernemer. Wat bracht je al mee aan kennis, en wat moest je bijleren?

„Horeca-ervaring had ik alleen opgedaan als scholier, van 1983 tot 1985 in de bediening bij restaurant Uddelermeer. Dus nog genoeg te leren: om te beginnen hoe je een echt goede koffie bereidt. Wat ik al snel leerde na mijn start, is dat je het niet redt met een tosti en een broodje kaas. Je moet een gevarieerde en op elkaar afgestemde kaart hebben om omzet te kunnen maken. Ik moest dus nog leren wat werkt en wat niet. En ik blíjf leren: toen ik afgelopen zomer met pannenkoeken begon, heb ik wel even moeten experimenteren totdat ik het beste recept had, haha. Wat ik al meebracht was praktische kennis over hoe ik mijn website moest bouwen, waar ik mijn leveranciers moest zoeken en hoe ik kon inkopen. En hoe verschillend de banen ook waren, in beide functies is het omgaan met mensen heel belangrijk.”

De molen is belangrijk voor Vaassen. Er is binnen de gemeenschap en politiek jarenlang discussie geweest over de (uiteindelijk in 2012 uitgevoerde) ophoging van de oorspronkelijke molen. Hoe werd jij ontvangen door de Vaassenaren, als Apeldoorner in ‘hun’ molen?

„De molen had na de ophoging lang leeggestaan. Ik kon merken dat de Vaassenaren vooral heel blij waren dat de molen weer een functie had, dat er weer iets mee gebeurde. Eigenlijk heb ik alleen maar enthousiaste reacties gehad, ook over de manier waarop we de molen hebben kunnen behouden én vernieuwen. Dat ik Apeldoorner ben, maakt volgens mij niemand iets uit.

Ondernemen in Vaassen moet je niet doen met de geest van een Apeldoorner.

Vaassen heeft een actieve ondernemersvereniging die veel organiseert, maar dit is voornamelijk gericht op de Dorpsstraat, waar de molen net iets buiten staat. Dat vind ik weleens jammer, maar het heeft me ook geleerd dat we het grotendeels op eigen kracht moeten willen doen. Wat ik wel snel ontdekte, is dat je ondernemen in Vaassen niet moet doen met de geest van een Apeldoorner. In een dorp is het anders ondernemen; het is een ander soort publiek. Ik vermoed dat als dit koffiehuis in Apeldoorn had gestaan, het elke dag vol zou hebben gezeten. Maar de Vaassenaar is geen fanatiek horecabezoeker. Toch heb ik wel aardige groep ‘stamgasten’ uit het dorp. Heel gezellig eigenlijk.”

Je koffie- en theehuis is een aanrader volgens toeristische gidsen, De Telegraaf roemde je locatie én je appeltaartje, tv-programma’s werden er opgenomen… en toch kennen veel Apeldoorners helemaal niet. Hoe komt dat, denk je?

Eric, lachend: „Voordat ik dit huurde kwam ik eerlijk gezegd ook bijna nooit in Vaassen, hooguit voor de kerstmarkt.  Als Apeldoorners noordwaarts gaan, denken ze eerder aan Zwolle, eigenlijk niet aan Epe of Vaassen. De bekendheid in Apeldoorn begint de laatste tijd wel wat te groeien, merk ik. Mijn Apeldoornse gasten zijn met name oudere bezoekers en fietsers, vanwege de vele mooie fietsroutes die langs de molen leiden. Sowieso krijg ik veel bezoek van fietsers en wandelaars. Ik wil eigenlijk eens een soort landkaart ophangen waarop mensen hun thuisland kunnen aanprikken. Toeristen van over de hele wereld weten ons grappig genoeg te vinden en zijn altijd heel enthousiast over de unieke locatie. Onze High Tea (op reservering) loopt ook nog steeds heel goed, we serveren én verkopen meer dan 100 soorten thee dus voor ieder wat wils. Opnames van tv-programma’s hier, zoals ‘Het Familiediner” en laatst nog een prijsuitreiking van de Vriendenloterij, tsja dat zijn natuurlijk leuke dingen om mee te maken. Maar dat levert niet per se meer bezoekers op hoor.”

Voel je je nu Apeldoorner, of ook een beetje Vaassenaar?

„Ik voel me Apeldoorner, maar minder sterk dan 20 jaar geleden. Toen kon ik me niet voorstellen dat ik óóit uit Apeldoorn weg zou gaan. Nu ik meer ervaring met dingen omgooien heb, besef ik dat ik ook best ineens in Frankrijk zou kúnnen wonen. Maar ik woon prima in Apeldoorn. Vaassen is een mooi dorp en een fijne werklocatie. Apeldoorn is thuis.

Vaassen is een mooi dorp en een fijne werklocatie, Apeldoorn is thuis. 

Je bent 6 dagen per week hét gezicht van de molen. Je doet de keuken, bediening, inkoop, administratie, een praatje maken met je gasten… heb jij nog vrije tijd, en hoe besteed je die?  

„Ik werk ca. 55-60 uur per week in de molen. Maandag is mijn vrije dag, dan doe ik thuis de administratie. De rest van de maandag gaat op aan de gewone huishoudelijke taken, mijn vrouw werkt die dag gewoon. Het ontbijt op zondagochtend is eigenlijk ons enige gezinsmoment. Dat valt soms niet mee, maar je moet hard werken en een lange adem hebben om zoiets tot een succes te maken.”

Heb je nog weleens spijt van je overstap, of heimwee naar een functie in loondienst?

„Nee, spijt heb ik niet, hoewel ik mijn werk hiervoor óók heel leuk vond. Wel heb ik me bij de overstap niet in volle omvang gerealiseerd hoeveel je inlevert. Niet alleen qua tijd, maar ook dat een eigen zaak ook eigen zorgen betekent. Als het in de zomer goed loopt, moet je alvast inkomsten reserveren voor de winter, wanneer het rustiger is en je moet puzzelen met elke euro om uit te komen.

 Het is een hardnekkig misverstand dat ik subsidie krijg van de gemeente. Je moet hard werken en een lange adem hebben om zoiets tot een succes te maken.

Ik had me niet gerealiseerd dat het zo moeilijk zou zijn om je hoofdinkomen eruit te halen. Zonder de baan van mijn vrouw hadden we het niet gered. Het is een hardnekkig misverstand dat ik subsidie krijg van de gemeente of iets dergelijks: dat is niet zo. Toch heb ik geen heimwee naar de relatieve zekerheid van loondienst. Ik ben ook wel iemand die graag zijn lot in eigen handen heeft. Als zelfstandig ondernemer kan dat.”

Hoe zie je de toekomst?

„Als er niets aan de werkdruk verandert, houd ik dit niet tot mijn pensioen vol. Maar als de stijgende lijn doorzet verwacht ik dat er over een jaar of 2 meer ruimte komt op financieel gebied. Dat biedt de mogelijkheid om meer personeel aan te nemen, of in een stille maand als december tijdelijk dicht te zijn. Dan komt er meer ruimte voor mijn gezin.”

De locatie is echt uniek, maar de knusheid van de molen is tegelijkertijd ook haar beperking. 

Het voelt dus wel als een succes? Wat viel tegen?

„Ja, de belangstelling groeit nog steeds. Tegelijkertijd: de knusheid van de molen is ook haar beperking. Qua zitplaatsen kan ik best veel gasten ontvangen. Maar ik werk in een mini-keuken, ik kan amper iets kwijt en er zou ook niemand naast me passen. Initiatieven als de zgn. “Molenpotjes”, 3-gangen-menu’s op reservering, waren echt geen doen in dit keukentje. Daar ben ik dan ook mee gestopt.
Toen ik begon, had ik eerlijk gezegd wel gedacht dat het makkelijker zou zijn om omzet te genereren,  of op zijn minst kostendekkend te maken. Dat duurde lang, en is nog steeds een uitdaging. Maar ik wil niet klagen hoor: bovenal is het gewoon echt héél leuk om dit te doen!”

Wat vind je zelf eigenlijk een leuke horecagelegenheid in Apeldoorn?

„Het Apeldoorns Koffiehuys in de Korenpassage was een grote bron van inspiratie voor ons. We kwamen er graag en die ‘look’ wilden we ook graag in de molen. De interieurontwerper van Het Apeldoorns Koffiehuys, Marco Roodzant, heeft op ons verzoek ook de molen ingericht. Ook Rembrandt aan de Hoofdstraat vind ik trouwens een aanwinst; een leuke inrichting en intieme sfeer.”

Tot slot, wat is het leukste dat je overstap je gebracht heeft?

„Midden in de drukte sta je er niet altijd bij stil, maar mijn vrouw wijst me er dan op hoe ver we zijn gekomen. Hoe het loopt, hoe divers de kaart nu is, maar ook hoe mooi het terras is geworden… Te zien hoe het is gegroeid, van niks tot wat het nu is, en wat we toch hebben kunnen toevoegen terwijl we tegen de nullijn werkten, dat is het allerleukste. Dan ben je toch best trots.”

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Elke maandag onze Apeldoornse verhalen in jouw inbox
De beste berichten en verhalen geselecteerd door onze redactie
Meer dan 2.200 Apeldoorners gingen je voor
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Meer lezen over ondernemen

ONDERWERPEN

Horeca In Beeld Portretten

REACTIES

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!