The Grandmothers spelen Zappa. En hoe!

Zondag 18 november 2012

Door Redactie

Henk Schrier

‘Waarom heb jij een rubber kip bij je?’ vraagt de jongen van de garderobe.
‘Waarom niet?’ is mijn wedervraag. ‘Iemand moet het toch doen?’

Ik kijk om mij heen. Zowaar, er zijn mensen naartoe gekomen. Ik heb dan ook mijn best gedaan iedereen ervan op de hoogte te brengen dat The Grandmothers komen spelen in Gigant op deze vrijdagavond 16 november. Ik had gehoopt dat er volk op zou komen draven, maar niet al te veel, zodat je ook nog in de gelegenheid bent een beetje dicht bij het podium te staan.
Mijn wens komt uit. Het gedeelte van de zaal waar zich de garderobe bevindt, is afgeschermd met een groot gordijn. Het maakt de zaal intiemer.

‘In 1968 speelde Frank Zappa in Londen,’ begin ik mijn werkelijke uitleg. ‘Tijdens het concert kwam de roadmanager op het podium. Hij had een rubber kip gevuld met bier en slagroom. Terwijl hij de kip zogenaamd wurgde, riep hij uit: ‘I hate chickens!’ De inhoud spoot over het publiek heen. Sindsdien is de rubber kip te vinden op allerlei platenhoezen van Zappa.’
Het werk van Zappa is een malle mix van absurditeiten, complexe melodieën, humoristische beschouwingen, muzikale stromingen, platte, politiek- en maatschappijkritische teksten. In zijn muziek hoor je allerlei invloeden: rock, pop, jazz, doowop, avant-garde en klassiek. Vanavond krijgen we dit alles voorgeschoteld door The Grandmothers.

Sinds de begin jaren tachtig duikt de band genaamd The Grandmothers op. Aanvankelijk met oud-Zappabandlid Jimmy Carl Black aan het roer; sinds een jaar of wat zijn Napoleon Murphy Brock en Don Preston de centrale figuren in de band.
De tour van 2012 staat in het teken van Zappa’s legendarische album Roxy & Elsewhere uit 1974. Aan het begin van het concert belooft Napoleon ons dat we dat hele album voor onze kiezen krijgen.
De setlist is er eentje waar de Zappafan zijn of haar vingers bij aflikt. Gretig opent de band met het instrumentale Pound For A Brown. Even later horen we Cheepnis.

Brock werkte in de band van Frank Zappa van 1974 tot en met 1976. Hij speelt sax en dwarsfluit; hij zingt en danst alsof hij van elastiek is.
Preston is een van de oer-Mothers of Invention. Al in de jaren zestig speelde hij toetsen en elektronica op de platen van Zappa en tijdens diverse tours.
‘We zochten een drummer die de partijen van Ralph Humphries en Chester Tompson van het Roxy-album kan spelen,’ vertelt Napoleon. ‘Chris Garcia kan dat. En dat niet alleen: hij zingt ook als Captain Beefheart.’ Dat blijkt waarheid, als de band Debra Kedebra inzet.
Tijdens eerdere concerten in de tour van dit jaar bespeelde Tom Fowler de bas. Hij werkte in de band van Zappa in 1973 en 1974 en was dus present op het Roxy-album. Helaas is hij afwezig vanwege gezondheidsproblemen. Dave Johnsen heeft zijn plaats ingenomen. Hem ken ik als de bassist van Project/Object, de bekende Amerikaanse band die het werk van Zappa vertolkt.
En wie is de gitarist? De band heeft meerdere muzikanten om mee te werken. Vandaag is het Mike Miller die de snaren beroert. Hij komt duidelijk uit de jazzrock- en fusionwereld. Zijn spel is vloeiend en vliegt veel kanten op. Het lijkt natuurlijk helemaal niet op het geniale gitaargepiel van Zappa zelf, maar dat is maar goed ook.

Sofa is een goed voorbeeld van Zappa’s meesterlijke composities. Het begint hemels, melodieus en majestueus; later komen er Stravinsky-achtige friemels in. Het bezorgt mij iedere keer weer kippenvel.
Het geluid in Gigant is geweldig. Ik heb mijn gehoorbeschermers vergeten, maar zou ze ook niet in hebben hoeven doen.

Na een kwartiertje pauze begint de tweede set met het glorieuze Peaches En Regalia. Voor mij is het hoogtepunt van de hele show het uittreksel van de plaat Burt Weenie Sandwich. Tijdens Holiday In Berlin speelt Don Preston een solo op zijn iPhone; het apparaatje ‘ontploft’ zelfs aan het eind! Het stuk loopt over in het prachtige Aybe Sea en Little House I Used To Live In.
Pygmy Twylyte is de afsluiter van het concert. Heel lang hoeft het publiek niet te roepen om meer. Uit de Be-bop Tango van het Roxy-album spelen The Grandmothers het laatste stukje: Anything.

Napoleon Murphy Brock is eind zestig, maar hij speelt en zingt en springt en danst als een jonge hond. Don Preston is dit jaar tachtig geworden. Natuurlijk, het zijn ouwe lullen, maar hun spelplezier en vakmanschap doen dit gelijk vergeten.
Na afloop van het concert komen de bandleden bij de merchendisetafel om te signeren en de fans te ontmoeten. Als ik ga plassen, staat Dave Johnsen naast mij. Ik bedank hem voor een schitterend concert. Later zal Vrouwlief zeggen: ‘Dat is een heel mooie jongen!’ Zij heeft ook een leuke avond.

Als ik bij de garderobe mijn jas ophaal, ben ik een gelukkig man. Wat een fenomenaal optreden!
De geest van De Grote Meester hangt waarlijk rond in Gigant.
In mijn hand houd ik mijn rubber kip, die maar weer eens is gesigneerd door Napoleon en Don. Iemand moest het doen.


Apeldoorn, november 2012

Foto’s: Henk Schrier
Foto van Don Preston’s exploderende iPhone: LudzNL alias Luuk de Goede
Filmpjes: bazbo

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Elke maandag onze Apeldoornse verhalen in jouw inbox
De beste berichten en verhalen geselecteerd door onze redactie
Meer dan 2.200 Apeldoorners gingen je voor
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Meer lezen over stad

ONDERWERPEN

Muziek

REACTIES

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!