Meta-morfose interieur Orpheus

De stoelen van de Rabobankzaal van Orpheus krijgen deze zomer een opfrisbeurt. Verder is het tapijt is aan vervanging toe en de rand van het balkon krijgt een verse lik verf . Het onderhoud maakt deel uit van een veel groter plan om de Apeldoornse schouwburg annex congrescentrum weer fris en fruitig te maken. De aanwezigheid van een interieurarchitect staat hoog genoteerd op de verlanglijst.

,,Er moet in de loop van een aantal jaren heel wat aan het interieur gebeuren’’, zegt directeur Meta Neeleman. Een aantal zaken is aan vervanging toe. Her en der is het sleets geworden. Maar we moeten zuinig met het geld omspringen. Iedere keer weer bekijken of het wel of niet kan.’’

Neeleman heeft een meerjarenplan opgezet met twee pijlers. Neeleman: ,,Een mooi programma bieden en meer voor de stad betekenen. En dat houdt in dat Orpheus zich nadrukkelijk in de stad wil laten zien. De tweede pijler is de herinrichting van de publieke ruimtes. Dus stapsgewijs de foyers en het restaurant aanpakken.’’ Een Meta-morfose dus? ,,Ja, wat het interieur betreft wel. Het pand dat onder architectuur is gebouwd met veel glas blijft ongewijzigd. Het benadrukt wat Orpheus is.’’

Neeleman en haar medewerkers willen de nadruk leggen op de gastvrijheid van Orpheus. ,,Ons publiek moet het tijdens het verblijf in het theater naar de zin hebben zonder langer rijen en dito wachttijden. Wat het congrescentrum betreft moeten we streven naar zoveel mogelijk flexibiliteit. Goed kijken en letten op dat wat verschuifbaar en verplaatsbaar is.’’

Liefhebbers van popmuziek kunnen dat op 17 juni al zien en voelen. Dan komt de Apeldoornse band Meneer van Zanten naar de schouwburg. De Rabobankzaal wordt voor die gelegenheid leeggehaald. Twee bars komen er dan bij.

Orpheus krijgt jaarlijks zo’n vier miljoen subsidie van de gemeente. Met dat wat aan het eind van het jaar overblijft kan een zogenoemd eigen vermogen worden opgebouwd. Bij de komst van Meta Neeleman zat Orpheus wat dat vermogen betreft dik in de ronde cijfers: zo’n negen ton. De gemeente sprong bij. Anno nu is er een plus van twee ton. ,,Dat is mager’’, besluit Neeleman. ,,We streven er naar om het eigen vermogen binnen een paar jaar op te krikken naar vijf ton. Zo kunnen we beter onverwachte tegenvallers opvangen.’’