In Beeld: Piet van Sluijs

Zaterdag 25 juli 2020

Door Ben Eggermont

Met als thema ’75 jaar vrijheid in Apeldoorn’ konden dichters en fotografen zich kort geleden aanmelden om mee te doen aan een fotografie- en dichtwedstrijd van CODA. Een onderwerp dat jong en oud inspireerde; de deelnemers varieerden in leeftijd van 22 tot 87 jaar. Piet van Sluijs was één van hen en won de wedstrijd met ‘Haiga: vrijheid’. Piet maakt beelden, maar wil zich geen beeldhouwer noemen. Hij vindt de benaming ‘beeldbouwer’ beter passen. Daarnaast is hij nog altijd verslingerd aan de fotografie, een hobby die hij al sinds zijn jeugdjaren beoefend.

Een paar jaar geleden begon Piet met het schrijven van haiku, een aloude Japanse dichtvorm volgens een strak schema. De eerste regel van een haiku bestaat 5 -, de tweede uit 7 – en de derde regel weer uit 5 lettergrepen. In de Japanse traditie bestaat ook nog zoiets als een haiga, een afbeelding – vaak met de natuur als voorbeeld – met een haiku erin. Die beide elementen voegt hij samen tot wat hij ‘dichtbeelden’ noemt. De volgorde in het ontstaan van een dichtbeeld verschilt in die zin dat de ene keer er een haiku ontstaat naar aanleiding van een afbeelding; een andere keer is er een haiku waar hij een foto bij zoekt of maakt.

Over Piet

  • Geboren: 1946 in Domburg
  • Ouders: Overleden
  • Broers-Zussen: 3 oudere zussen
  • Kinderen: 2 kinderen
  • Verliefd, verloofd, getrouwd: Samenwonend met Margriet Jansen
  • Meest trots op: veel dingen, maar vooral op mijn kleinzoon
  • Raakt geïnspireerd door: gebeurtenissen, kunst en natuur
  • Hekel aan: moeten/dwang/onvrijheid
  • Is gek op: dingen maken, kunst, restaureren, Zeeland, water
  • Welk boek ligt er op je nachtkasje: het eerder genoemde Moen van Francisca van Vloten
  • Waar mogen ze je ’s nachts voor wakker maken: wakker maken mogen ze me nooit …… maar voor een groot glas XXO cognac …!
  • Toekomstdroom: zo gezond mogelijk oud worden met de mensen die mij lief zijn en nog zoveel andere dingen

Wat was je reactie toen je hoorde dat je de eerste prijs in de dichtwedstrijd had gewonnen?

“Dat was heel verrassend. Het was zelfs dermate verrassend dat ik aan de mevrouw die me belde vroeg: ‘Zeg het nog eens, want ik kan het me nauwelijks voorstellen’. Ik heb daarop leuke reacties gehad.”

Je hebt de haiku vorm gekozen om je gedicht te schrijven. Waarom deze vorm?

“De haiku zocht mij op. Een facebookvriend, Cees Maas, postte een foto van een verstilde watervlakte met op de voorgrond, boven het water uitstekend, een vijftal staken die een palingfuik vastzetten. Dat was alles en ook nog in zwart/wit. Ik zag die foto en ik dacht:

verder is niets meer
dan onwrikbare stilte
de zee vastgepind

Pas later besefte ik dat dit een haiku was en viel als een blok voor deze dichtvorm. De haiku is een kentering geweest omdat die te maken had met het Japanse gebeuren: sober, strak en ’to the point’. Het stramien van 5-7-5 vraagt je in weinig woorden datgene te zeggen wat belangrijk is, om bij de lezer een gevoel teweeg te brengen. Het gaat vaak over seizoenen, heeft heel veel te maken met de natuur. De schrijver moet de juiste bewoordingen kiezen zodat de lezer kan herkennen wat de schrijver bedoeld. Je moet net zo langen schaven, schuren en polijsten tot die woorden passen in het 5-7-5 schema.

Toch wordt de strenge traditie tegenwoordig vaak doorbroken en wordt ondanks de 3 regels – het antieke schema niet meer gevolgd. Voor mij is het  nog steeds een uitdaging. Ik ben lid van de haikukern Veluwe waarvan de leden elkaars werk van commentaar voorzien. Elke 6 weken komen we met circa 10 haiku-dichters bij elkaar  om de gemaakte haiku’s te delen. Dat gebeurt 2 keer, één keer om de haiku te laten horen en een tweede keer om de haiku bij je te laten ‘binnenkomen’, een interessant en leerzaam gebeuren, elke keer weer.”

Wie is Piet van Sluijs, kan je iets over jezelf vertellen?

“Ik ben een echte Zeeuw dus met eb en vloed in het bloed. Het grootste gedeelte van mijn werkervaring ligt in de fotografie en de journalistiek. Ooit begonnen als fotolaborant, werkte ik een jaar of 10 als fotojournalist in Zeeland bij Slagboom & Peeters Luchtfotografie. Ik deed de vrije nieuwsgaring voor 3 verschillende weekbladen. Elke week had één pagina ter beschikking om te vullen met regionaal nieuws, goed leesbare achtergrondverhalen over interessante zaken/mensen, een vleugje politiek maar ook kunst – en boekenrecensies en zelfs artikelen over modeshows behoorden tot de inbreng; met bijbehorend fotomateriaal. Zelfs de opmaak van één van de weekbladen (De Bevelander), kwam bij mij vandaan.

 

Je zou kunnen stellen dat ik letterlijk en figuurlijk op Teuge ben geland.

 

Piet gaat verder: ,,De weekbladen werden ontzettend goed gelezen; inmiddels zijn die uitgegroeid tot echte lokale informatiebronnen. In 2 ervan (De Faam en De Vlissinger) had je wekelijks de rubriek ‘Is dat mijn kind ?’; iedere week plaatste ik een foto een kind, zomaar ergens genomen, die op de redactie kon worden opgehaald. Er zijn me heel wat fotomomentjes ‘aangeboden’ in de loop der tijd.  Door interne problemen over opvolging verhuisde Slagboom & Peeters naar het Vliegveld Teuge en ik verhuisde mee, je zou kunnen stellen dat ik letterlijk en figuurlijk op Teuge ben geland. Gedurende een jaar of 2 was ik werkzaam in de fotografie en de bedrijfsadministratie totdat de luchtfoto-activiteiten terugliepen door steeds verder opdrogende reclamebudgetten bij opdrachtgevers. Zo eindigde dit carrièrepad.”

Hoe heeft zich dat toen voortgezet?

“Uiteindelijk bood uitzendbureau Start me een job als intercedent aan van waaruit ik doorgroeide tot vestigingsmanager, eerst van reguliere vestigingen maar vanaf 1995 op vestigingen van Start-Kans dat zich volledig inzette voor werkzoekenden met een echt grote afstand tot de arbeidsmarkt en eigenlijk alleen met hulp van een ‘jobcoach’ een taak binnen een bedrijf konden verrichten. Dank zij de uitstekende motivatie van de werkzoekenden en de inzet van jobcoaches en collega’s op de werkvloer, hebben veel van onze kandidaten een vaste werkplek weten te veroveren. In 2005 kreeg ik het verzoek, ik denk vanwege mijn belangstelling in de ITC,  een cliëntvolgsysteem te bouwen. Dat is gelukt en na afronding van het project in 2007 was het voor mij tijd om te vertrekken en ging ik met (vervroegd) pensioen.”

Je bent dichter, maar daar kan je niet van leven. Maar heb je het altijd al wel gedaan?

“Mijn tante, een zus van mijn moeder, bezat een heuse dichtader; er kan dus sprake zijn van vererving. Ik maak al van kinds af aan rijmpjes en kleine verhaaltjes. Mijn journalistieke baan sloot mooi aan bij wat ik leuk vond. Dichterschap ontwikkelt zich geleidelijk. In Teuge heb ik, na mijn gedwongen vertrek bij mijn werkgever, destijds verhalen geschreven vooral om dingen kwijt te raken. Zaken waar ik tegenaan gelopen was en die me dwars zaten, zette ik op papier en daaruit ontstonden gedichten. Iemand die ze las zei ooit: ‘Daar moet je wat meedoen’, maar uiteindelijk heb ik al het materiaal dat uit die periode stamt, definitief vernietigd. Die gedichten waren strikt privé, het ging destijds primair om het van je af schrijven. Vaak werkt dat als een bevrijding. Met de dichtbeelden die ik nu maak ligt dat anders, die wil ik laten zien.

 

Een gedicht of een haiku schrijven is toch nog wel een dingetje.

 

Sinds begin jaren’90 woon ik samen met Margriet, professioneel beeldend kunstenaar; schildert en beeldhouwt. Op een zeker ogenblik zei ze: ‘Dat moet je ook eens doen, een beeldje maken’. Dat resulteerde in het eerste beeldje, een balletdanseresje van speksteen gevolgd door een dier-vorm van hetzelfde materiaal. Enfin zo ging het door, de beelden werden groter en beter. Tijdens het polijsten van beelden heb je tijd om na te denken. Je hoeft niets te doen dan zorgen dat een beeld glad wordt. Rust en ruimte in je hoofd bieden je gelegenheid uit woorden en zinnen die ontstaan gedichten te creëren. Dan volgt er ergens een moment waarop je het neerschrijft. Dan kijk je ernaar, je werkt eraan en vervolgens maak je het gedicht. Zo ongeveer werkt dat, voor mij althans. Een gedicht of een haiku schrijven is toch nog wel een dingetje.”

 

Je hebt ook al gepubliceerd, kunnen de mensen nog meer verwachten?

“Ik laat privé kleine albums maken van 14 bij 14 centimeter. Daar staan meestal tien haiku’s in en één tanka. Een tanka is een uitgebreide haiku. Voor een tanka worden 2 regels van 7 lettergrepen aan de haiku toegevoegd. Een tanka heeft vaak meer humoristische inslag. Er zijn tot nu toe 5 boekjes verschenen waarvan één de titel ‘van Domburg en Westkappelle’ draagt, in Domburg ben ik geboren. Ze zijn te koop, op mijn website staan ze vermeld. Af en toe exposeer ik en laat ik dichtbeelden zien op groter formaat die als wandversiering kunnen dienen. Het grootste formaat tot dusver is een dichtbeeld van 1 vierkante meter.”

 

Ik houd van het ambachtelijke dichterschap

 

Heb je nog dichters/schrijvers die je inspireren?

“Ik lees heel veel. Op dit moment ben ik bezig in ‘Moen. Tussen Toorop en Mondriaan’, een boek over het leven van Mies Elout – Drabbe die leefde van 1875 tot 11956, een schilderes uit de kunstenaars kolonie die Domburg in het begin van de vorige eeuw was, een heel interessant gebeuren . Het is geschreven door Francisca van Vloten, de conservator van het Marie Tak van Poortvliet – MTVP museum in Domburg. Ooit ben ik vooral geïnspireerd geraakt door Johanna Kruit een bekende dichteres uit Biggekerke en door veel dichters die publiceren in het literaire Zeeuwse tijdschrift ‘Ballustra’. Maar ik ben ook gecharmeerd van Achterberg, Roland Holst, eigenlijk een beetje de klassieken. Ik houd van het ambachtelijke dichterschap.”

Kunst en cultuur staan weer onder druk. Hoe belangrijk zijn kunst en cultuur voor jou?

“Dat is jammer, het is het zout in de pap of de suiker misschien, het zout op het ei. Het zijn de leuke en mooie boeiende dingen die mensen nodig hebben. Wat is er fijner dan te kunnen zeggen: ‘Nu even niks, we gaan naar een toneelstuk, besteden een middag in CODA’. Loop eens kathedraal binnen, of een hypermodern gebouw, en geniet van de oude of nieuwe architectuur, soms weet je niet wat je ziet. Jammer dat zo vaak het economisch belang prevaleert.”

Mocht je belangstelling hebben voor haiku, op Haiku.nl is alle informatie te vinden, ook over de haiku kern Veluwe. Een bijeenkomst (1x per 6 weken) van deze kern bijwonen is – op verzoek – mogelijk.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Elke maandag onze Apeldoornse verhalen in jouw inbox
De beste berichten en verhalen geselecteerd door onze redactie
Meer dan 2.200 Apeldoorners gingen je voor
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Meer lezen over cultuur

ONDERWERPEN

In Beeld Portretten

REACTIES

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!