De ‘Z’ van Zorro en ZOET
Door Jasper van der Graaf
Kennen we de anonieme gemaskerde crimefighter en kladvogel Zorro nog? Zorro’s ‘Z’ is pure stijl: drie snelle halen met zijn rapier en hupsakee—een merkteken van gerechtigheid. Deze iconische tag stond symbool voor snelheid, lef en strijd tegen corruptie. Zorro was niet alleen een gemaskerde held; hij was de ultieme straat-artiest avant la lettre. Zijn ‘Z’ verscheen als een bliksemflits, net als graffiti vandaag de dag. Onverwachts, onuitwisbaar en vol bravoure. Zijn tegenstanders (de autoriteiten) konden het niet voorkomen—voor ze het doorhadden, was hij alweer weg. Net als moderne taggers claimde hij ruimte en zette hij zijn stempel op de stad.
Nieuw Apeldoorns talent
De laatste tijd dook in het straatbeeld van Apeldoorn een nieuwe naam op. ZOET is met spuitbus en stift op gevels, straatmeubilair en stroomkastjes te zien. Trefzeker, welgeplaatst en duidelijk. Dat dit niet mag is onderdeel van deze culturele sport. Ik vind het fascinerend, deze aandrang, maar ik zie ook een strakke, cleane, beheerste uitvoering. Deze schrijver is geen amateur. Ik zie modern talent binnen deze subcultuur. Ik neem u graag mee in mijn waardering voor deze informele vorm van kunst in de openbare ruimte, die soms veel meer kan zijn dan slordig gekriebel.
Graffiti handstyles: snelle streetart
Graffiti is dé moderne handtekening van de straat. Een tag is meer dan een naam: het is aanwezigheid, een statement, een visuele yell. Of het nu een snelle krabbel is of een gestileerd kunstwerk, het laat zien: “Ik ben hier, ik schrijf, ik besta.” Het begon in de jaren ’60 met schrijvers als TAKI 183 in New York. Naam + nummer = urban identiteit. Van metro’s tot muren, deze guerrillakunst groeide razendsnel. Graffiti ging van underground naar globaal en werd een lifestyle. In Nederland waren er namen als Dr Rat, Shoe, later Brush, Shy, Renzl, Timer. In Apeldoorn waren in de jaren ’80 namen te lezen als Area, Lire, East, Jolse. Als een mazelenvirus verspreidden de tags en veranderden het straatbeeld en tot een kakelbont geheel van leuzen en tekens.
Kalligrafen van de straat
Gekken en dwazen schrijven hun naam op deuren en glazen, een bekende uitspraak die het onbegrip of de irritatie weergeeft van mensen die zich ergeren aan de snelle signaturen. Hoe vaker, hoe beter. Hoe riskanter, hoe beter. Maar ook stilistisch is er competitie. Stijl en goede handcoördinatie is zeer belangrijk. En soms is simpel best moeilijk. Onder graffiti-artiesten zit groot kalligrafisch talent. Net als Zorro’s ‘Z’, die steeds opnieuw opdook in feilloze uitvoering. Graffiti is de stem van de straat. Het is underground, spontaan en staat voor een drang naar autonomie. Geen galerie nodig, geen curator die bepaalt of het kunst is. Erkenning komt louter vanuit soortgenoten of liefhebbers zoals ik. Het leeft op muren, treinen en viaducten. Vaak illegaal, altijd echt.
Anti-reclame
Waar commerciële reclame zich opdringt, je dwingt te kijken, daar kiest graffiti zijn eigen weg. Geen commercieel doel, geen product, alleen een naam of een boodschap, een anoniem pseudoniem, eventueel een huisnummer, geboortedatum, of de afkorting van een crew-naam, aanhalingstekens, een aureooltje erboven. Graffiti-schrijvers re-claimen de openbare ruimte met onbestelde, officiëuze, meestal ongewenste kunst in de publieke ruimte. En als de tag geplaatst is verdwijnt de tagger uit zicht—maar de naam blijft achter. ZOET.