In Beeld: Marieke Woltersom van Missie Marieke

Zaterdag 10 april 2021

Door Tim Uilen

Missie Marieke

Na 21 jaar in de kinderopvang werd ze afgekeurd door haar handicap. Toen heeft ze er alles aan gedaan om voor zichzelf te beginnen. Ze heeft geknokt, maar uiteindelijk is het gelukt. Haar bedrijf, Missie Marieke, zet zich in om een handicap acceptabeler te maken. De ervaring vanuit de kinderopvang gebruikt ze om het gesprek aan te gaan met kinderen en ervoor te zorgen dat kwetsbare kinderen zichzelf kunnen zijn. Zo wil zij een bijdrage leveren aan de samenleving en hopelijk een verschil maken voor de toekomst. Zoals haar motto luidt; ‘Speciaal zijn we allemaal!’

Over Marieke
Geboren op: 22 april 1975
Verliefd/verloofd/getrouwd: Single
Kinderen: Mara en Sem
Hobby’s: Ik schrijf graag
Grootste inspiratie: Marc de Hond
Is dol op: Lekker eten
Vind vervelend: Disharmonie
Bovenaan de bucketlist: Zoveel mogelijk kinderen ouders en professionals bereiken met mijn missie!

Wie ben je en wat doe je?

“Mijn naam is Marieke Woltersom. Ik heb 21 jaar in de kinderopvang gewerkt en daarnaast heb ik een handicap. Uit deze 2 dingen ontstond mijn ‘missie’. Met mijn ervaring en handicap wilde ik iets gaan doen. Voornamelijk acceptatie creëren voor mensen met een handicap, maar het vooral iets normaler maken. Mensen met een handicap moeten meer gezien worden. Daarmee bedoel ik ook echt de persoon zelf en bijvoorbeeld niet de rolstoel of rollator.

 

Het maakt niet uit wat je hebt, maar wees gewoon lief voor elkaar en zo kunnen we de wereld een klein beetje mooier maken.

 

Zo heb ik bedacht om een kinderboek te schrijven. Daarnaast heb ik een pop met ‘gekke benen’, zoals ik het noem. Als laatste heb ik ook een babbelpot gemaakt; via deze pot kan je dan met jong en oud het gesprek aan gaan. Zo kan je met kinderen op een leuke en spelende manier uitleggen dat we allemaal speciaal zijn.”

 

Waarom dan precies deze producten?

“Zo kan je op een vrolijke manieren het er toch over hebben, daarmee hoop ik onder hun ook een beetje bewustwording te creëren. Het maakt niet uit wat je hebt, maar wees gewoon lief voor elkaar en zo kunnen we de wereld een klein beetje mooier maken. Het boekje heet ook; ‘speciaal zijn we allemaal’. Daarin heb ik in rijmvorm leuke gedichtjes gemaakt over allerlei verschillende soorten handicaps. Er zijn gedichtjes over blind zijn, doof zijn, in een rolstoel zitten en ook over mezelf met ‘gekke benen’.

De 3 producten versterken elkaar, maar zijn ook heel verschillend inzetbaar. De babbelpot zorgt voor gesprekken en met het boekje kan je op een leuke manier leren en lezen. De pop is iets wat je goed kan zien en kan vasthouden, dat is voor kleinere kinderen beter om te begrijpen. Er bestond nog niet echt iets waarmee je op een spelenderwijs leert en praat over handicaps. Bijvoorbeeld ook dat het niet een heel zwaar onderwerp is wat mensen niet willen behandelen, maar dat het er gewoon bij gaat horen.”

 

Nu is het altijd zo dat als je iets mankeert, dat er gelijk een soort stempel op je gedrukt wordt. Dat wil ik dus veranderen, deels met mijn bijdrage.

 

Ben je daarom ook bij kinderen begonnen?

“Ja, deels natuurlijk ook omdat ik ervaring heb in de kinderopvang. Bij kinderen beginnen met het boekje, de pop en de babbelpot en het zo gewoonlijker maken is een goed begin. Nu is het altijd zo dat als je iets mankeert, dat er gelijk een soort stempel op je gedrukt wordt. Dat wil ik dus veranderen, deels met mijn bijdrage. Als je bij kinderen begint kan je iets creëren wat het voor volgende generaties beter maakt. Veel kinderen komen er namelijk niet mee in aanraking en soms is dat aangeleerd. Bijvoorbeeld dat ouders tegen hun kinderen zeggen dat ze door moeten lopen als ze iemand in een rolstoel tegenkomen. Natuurlijk weten kinderen dan niet hoe ze moeten reageren. Hopelijk door deze introductie kunnen ze daar iets makkelijker mee omgaan en ook met elkaar. Dat is voor mij ook een doel, dat het niet uitmaakt of ze een handicap hebben of niet.”

Waar zie je dan jouw doelen, en Missie Marieke, over 5 jaar?

“Ik hoop dat ik dan landelijke bekendheid heb en dat ik ook vele kinderen, ouders en professionals heb mogen inspireren met mijn verhaal en boodschap. Het zou mooi zijn als heel veel mensen mijn motto ‘speciaal zijn we allemaal’ dan kennen. Hopelijk kunnen mensen dan achter mijn boodschap staan en zich daar ook in vinden. Zo kan je, zoals ik al zei, iets creëren zodat het voor volgende generaties beter gaat.”

Je hebt de overstap gemaakt van de kinderopvang naar je eigen bedrijf, hoe spannend was dat?

“Heel spannend, ik werd ook afgekeurd. Daar kon ik verder niks aan doen, want dat had met mijn lichamelijke conditie te maken. Thuis gaan zitten werd het voor mij niet, daar heb ik teveel energie voor. Toen heb ik even goed nagedacht wat ik wilde doen en Missie Marieke is daar uitgekomen. Dat is iets wat je wel moet durven om die stap te maken, maar ik heb het gewoon gedaan. Dan moet je natuurlijk een plan maken en bijvoorbeeld geld genereren. Dat heb ik allemaal zelf, langzaam maar zeker, uitgezocht. Ik ben op wethouders afgestapt, ik heb mensen opgebeld en ook verschillende bedrijven. Uiteindelijk is het gelukt om, mede door de gemeente, de producten te maken. Het blijft natuurlijk wel een begin, maar ik hoop dat ik lang door mag gaan. Hopelijk kan ik er ook mijn nieuwe baan van maken.”

 

Ik leef al heel mijn leven met een handicap en ik denk dat ik het hierdoor ook beter uit kan dragen.

 

Neem je ook veel van je eigen ervaringen, vanuit je verleden, hierin mee?

“Ja, ik ben toch een beetje ‘ervaringsdeskundige’. Ik leef al heel mijn leven met een handicap en ik denk dat ik het hierdoor ook beter uit kan dragen. Ik heb echt een ‘drive’ om dit te doen en dat in 2021 het vooroordeelbeeld niet veel veranderd is ten opzichte van een aantal jaren geleden vind ik jammer. Daarnaast is de afspiegeling van de Nederlandse bevolking in bijvoorbeeld de media niet goed. Hoe vaak zie je een gehandicapt persoon die ook echt door een gehandicapte wordt gespeeld? Dat gebeurt eigenlijk niet. Hoe mooi zou het zijn als je hier echt mensen met een handicap inzet, dan kan je een mooi realistisch beeld krijgen.

Winkels, treinen, bussen en heel veel anderen dingen zijn niet gericht op mensen met een handicap. Hier zou ik ook iets in willen betekenen en laten zien dat mensen met een handicap veel kunnen bereiken. Hopelijk kan je hiermee dan mensen ook in hunzelf laten geloven en kinderen met respect naar elkaar laten kijken. Het heeft helaas een bepaalde belading en die kan een stuk positiever.”

Was het voor jou ook lastig om hiermee op te groeien?

“Dat viel voor mij wel mee. Ik heb vroeger op de Bio Mytylschool in Arnhem gezeten, dat was een school voor kinderen met een handicap. Op die school had iedereen iets en dus beoordeelde je elkaar niet. We waren allemaal op onze eigen manier speciaal en gewoon wie we waren. Wel zaten we midden in een bos, we mochten niet echt veel daarbuiten doen. Je zat er dus wel heel erg afgesloten van de buitenwereld. Daar zijn door de jaren heen wel verbeteringen gemaakt. Scholen in het speciaal onderwijs zijn samengevoegd met anderen scholen, alleen zie je nog wel dat het heel gescheiden blijft. Ik zie nog veel bij scholen dat kinderen in de pauze dan toch apart samen spelen, hoe mooi zou het dan zijn dat kinderen toch met elkaar gaan spelen?”

Wilde je vroeger nog iets worden?

“Ik wilde altijd al iets met mensen doen, maar specifieker met kinderen. Ik heb uiteindelijk 21 jaar lang in de kinderopvang gezeten. Op mijn oude school, de Bio Mytylschool, heb ik eerst als klassen-assistent gewerkt. Helaas was dit alleen op invalbasis. Ik kon er wel mee doorgaan, alleen dan zou ik ook veel thuis zitten. Toen heb ik besloten om mijn horizon te verbreden en verder te kijken. Ik heb daarna bij de kinderopvang gesolliciteerd en werd daar snel aangenomen. Daar heb ik 21 jaar lang met veel plezier gewerkt en ik heb nog goed contact met mijn ouder werkgever. Dat is altijd wel mijn passie geweest, maar toch had ik het gevoel dat ik iets meer kon betekenen.

 

Natuurlijk doe ik ergens misschien iets langer over, maar ik ben net zo gelukkig als andere moeders.

 

Bij de kinderopvang werd er vaak gezegd hoe knap het was dat ik dit deed, maar het wordt helaas dus wel als een soort uitzondering gezien. Natuurlijk ben ik blij wat ik daar heb gedaan, alleen hoeft dat niet een uitzondering te zijn. Iemand die ook ‘gekke benen’ heeft kan daar net zo goed werken met de kinderen, met mijn hoofd mankeert namelijk niks. Wat ik daar deed was net zo knap als mijn collega die niks, fysieks, mankeerde. Natuurlijk zie je het bij gehandicapte personen meer, maar daar ben je niet per se anders door.”

Dat is natuurlijk raar, want iemand kan bijvoorbeeld ook mentaal iets mankeren, toch?

“Ja, klopt. Dat zie je alleen niet, dus daar wordt dan ook niet gelijk op ‘bestempeld’. Terwijl je bij veel mensen de blikken al ziet veranderen als je langsloopt met een handicap. Bij mij denken mensen heel vaak dat ik MS heb, of ALS, vaak zijn dit dingen die dan in de media zijn langsgekomen. Ik ben ook moeder van 2 kinderen en dan vragen mensen zich gelijk af of het zwaar is. Natuurlijk doe ik ergens misschien iets langer over, maar ik ben net zo gelukkig als andere moeders. Ik doe bepaalde dingen gewoon net iets anders, vroeger bijvoorbeeld ook. Als ik van de trap naar beneden moest deed ik bijvoorbeeld een draagzak om, in plaats van moeders die gewoon met hun kind over de schouder naar beneden liepen. Helaas worden sommige mensen met een handicap ook afgeraden om een kind te krijgen, blijkbaar omdat het dan bijna onmogelijk is om voor je kind te zorgen. Als je voor jezelf alles goed op een rijtje zet, dan kan iedereen dat prima doen.”

Je hebt natuurlijk lang bij de kinderopvang gewerkt, heb je vanuit die tijd nog een mooie ervaring die je kunt delen?

“Er kwam bij de kinderopvang een jongetje langs en hij had een vorm van autisme, hij had hierdoor meer moeite met bepaalde dingen. Dat jongetje kon lastiger met de groep meedoen, maar kon het met mij wel vinden. Helaas kwam ik in het afkeuringstraject terecht vanwege mijn handicap en moest ik thuis gaan zitten. Mijn collega kwam toen een keer speciaal chocolaatjes brengen, omdat dat jongetje mij zo miste. Hij zei dat ik zijn favoriete juf was en toen hij van de BSO afging moest ik ook chocolaatjes krijgen. Dat is me wel bijgebleven. Als je ergens een halfjaar niet meer werkt, maar toch nog chocolaatjes krijgt van de kinderen waarmee je hebt gewerkt dan is dat heel mooi. Dat een 4-jarige jongen zoiets zegt en die herinneringen vasthoudt is wel iets bijzonders.”

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Elke maandag onze Apeldoornse verhalen in jouw inbox
De beste berichten en verhalen geselecteerd door onze redactie
Meer dan 2.200 Apeldoorners gingen je voor
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Meer lezen over ondernemen

ONDERWERPEN

InBeeld Portretten
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!