Martijn over…reizen in je achtertuin

Dinsdag 27 juni 2017

Door Martijn de Frankrijker

Ellis Peeters

Veel mensen die ik ken en waarschijnlijk nog veel meer die ik niet ken dragen een bril als ze thuis zijn. Vaak zou je dat niet zeggen als je ze zo ziet op straat. Die mensen hebben dan helemaal geen brillenhoofd. Ik wel, mijn hoofd is perfect voor een bril. Maar ik doe juist, sinds kort, mijn bril af als ik thuiskom. Andere mensen krijgen vermoeide ogen als ze zonder bril naar een scherm kijken, maar ik merk dat ik vermoeid raak als ik met bril op kijk. Dan zie ik zo verschrikkelijk scherp wat er op de schermen gebeurd. Al het nieuws brandt mijn ogen. Dus doe ik mijn bril af. Zodat de cilindrische afwijking in het linker oog die mijn hele familie trof de schermen wazig maakt. Mijn eigen censuur.

Zo deed ik vorige week snel mijn bril af. Toen ik beelden zag van de bosbranden in Portugal. Het hielp niet. Ik herinnerde me de locatie. Twee dagen voor het nieuws stond ik namelijk op die plek waar nu en voor altijd 62 moeders hun kinderen verloren. Ik was op vakantie en zou willen zeggen dat ik in me opnam hoe prachtig het was. Dat was niet zo. Ik was aan het zwemmen, want dat is wat je doet op vakantie. Ik was aan het zwemmen en aan het lachen om een oude man met huid als oud leer die tijdens het vissen onophoudelijk praatte tegen een metgezel die onophoudelijk de andere kant op keek en steeds een stapje verder weg ging staan. Twee dagen later zag ik hoe het gebied rond hun huis in vlammen opging en hoopte dat het goed met ze ging. Dat de metgezel nu onophoudelijk luisterde naar alles wat de oude man te vertellen had.

Later die reis sprak ik twee Portugezen, of eerder, ze spraken mij. Ze praatten honderduit en vonden overal wat van. Het meeste vonden ze nog wel van Portugal zelf. Als je dat over een Nederlander zegt betekent dat vaak dat die persoon veel klaagt. Bij deze twee niet. Zij vonden alles prachtig. Toen we een lijst van ze kregen met bezienswaardigheden leek het wel alsof ze alles in hun vaderland het mooiste plekje op aarde vonden.

Even later hadden we het over Nederland. Omdat dat mijn vaderland is. Het waren echte reislustige types dus ze zeiden dat ze daar ook heel graag nog eens heen wilden. Dat doen reislustige types vaak. ,,Ohhh, daar wil ik ook hééél graag heen”, zeggen ze dan. De twee vroegen mij wat ze echt niet mochten missen als ze er waren en ik werd stil. Dat heb ik niet vaak. Ik werd niet stil omdat ik niets te zeggen had, maar omdat ik me iets besefte: deze twee Portugezen hadden heel Portugal gezien. In Nederland ben ik nog niet eens op de Waddeneilanden geweest. Ik reisde door een onbekend land en rouwde om haar burgers en haar getroffen natuur, maar in mijn eigen land keek ik amper op of om als ik door het landschap gleed.

Die realisatie deed iets met me. Er is zoveel moois en voor ons Apeldoorners ligt het zelfs in onze achtertuin. Daarom besloot ik iets. Dat doe ik vaker. Ik besloot om de volgende keer als ik mijn bril af moet doen, omdat het nieuws mijn ogen brandt dat ik op vakantie ga. Niet lang hoor, misschien maar een uur of twee. Er gaat een rugzak op mijn rug en wat water neem ik mee. Een schone onderbroek hoeft niet eens. En dan pak ik de fiets richting de Veluwe. Mijn bril mag op. Zodat ik kan zien hoe prachtig het is.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Elke maandag onze Apeldoornse verhalen in jouw inbox
De beste berichten en verhalen geselecteerd door onze redactie
Meer dan 2.200 Apeldoorners gingen je voor
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Meer lezen over stad

REACTIES

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!